Witmor: kleur en beweging
Tjade Witmaar (5-8-1956) studeerde van 1979 tot 1983 aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Vervolgens nam hij in 1984 deel aan de expositie in het kader van de Koninklijke subsidie in het Paleis op de Dam. In 1985 ontving hij als beginnend kunstenaar een startstipendium van het toenmalig Ministerie van WVC, wat hem in staat stelde het Icarus-project >> (1985-87), een serie schilderijen, beschilderde diapositieven en sculpturen en een video, van de grond te brengen. Tijdens dit project onderzocht de kunstenaar, via het amorfe en het archaïsche, het ontstaan van de vorm en, daaraan verbonden, van het bestaan. Uiteindelijk zou dat tentoongesteld worden in verschillende galeriën. De Delftsche Courant zou hierover schrijven: «(...) exposeert (...) een aantal gouaches, die op het eerste gezicht grof bewerkte klompen of vlekken lijken, maar de geladen sfeer is ontontkoombaar. Je keert je af, of je bent verplicht toenadering te zoeken. (...) Zijn dit ooit mensen geweest?» (22-3-1986).
Tot eind 1989 was hij exclusief actief als schilder met enkele uitstapjes naar grafiek en illustratie. In 1987 onderzocht Witmaar bijvoorbeeld de vormtaal van prehistorische grotschilderingen, wat o.a. tot uitdrukking zou komen in de serie lionosnedes "Achter andere ogen >>”. Deze werken werden in hetzelfde jaar in beperkte oplage gepubliceerd in een dichtbundel met dezelfde titel.

Nieuwe draai in Spanje
In 1990 vertrok hij naar Spanje, waar hij nog altijd woont en (on)bekend is onder de naam Witmor. Daar had hij aanvankelijk wat moeite om zijn artistieke draai te vinden en begon hij te werken als grafisch ontwerper en illustrator van tijdschriften in Spanje en Nederland. Pas in 1996 exposeerde hij zijn ‘Binnenlandschappen >>’, composities van primaire vormen en kleuren, die de beschouwer een inkijk geven naar het landschap van het innerlijk. Sierra de Madrid schreef hierover: «(...) zijn werk houdt het zoeken in naar een verhouding met de omgeving en een diepe preocupatie met problemen van deze tijd» (16-3- 1996), ABC: «(...) een coloristische en eenvoudige stijl, haast kinderlijk» (17-5-1996), en El País beschreef zijn werk als «schilderijen met een enorme vormelijke eenvoud en elementaire kleuren, met de eigen omgeving als thema» (17-5-1996). La Voz de Pozuelo voegde hier in november 1996 aan toe: «Gevoelig, ludiek, bewerkt hij de onbedorvenheid tot een vorm van intuïtie, van kennis». Vanaf dat moment bleef Witmor zijn werk als grafisch ontwerper en illustrator combineren met het schilderen.

In de jaren 2000-2002 organiseerde Witmor een serie exposities met zijn vader, de beeldhouwer Gé C. Witmaar, die in zijn woonplaats, Colmenar Viejo, een aanvang nam. Het kleinere werk uit die expositie werd vervolgens in Frankrijk en Nederland nogmaals geëxposeerd. Het Franse L’Echo hierover: «(Het werk) is over het algemeen zeer kleurrijk en duidelijk humoristisch» (25-6-2001).

Heden werkt Tjade Witmaar met vlakke, kleurrijke figuren, die doordat ze veelal herhaald worden beweging evolutie en een gevoel van tijd opwekken. De vorm en kleur uit zich nu in een uiterste consequentie: het zoeken naar een contrast, bv. gebruikmakend van afwisselend prehistorische en de moderne grafische vormen.

(Boven: 'De ziel van de wedstrijd' - olieverf op doek - 1996; eigendom van de Gemeente Colmenar Viejo)